AG Hart Advocaten

In hartje Rotterdam.

Loon

De wet bevat diverse regels over loon. Werkgever en werknemer kunnen zelf afspraken maken over de hoogte van het loon maar het loon mag niet lager zijn dan het geldende minimumloon. Hiernaast geeft de wet ook regels over loon tijdens ziekte en vakantie. Als er een cao van toepassing is, staat daar vaak ook iets in over het loon. Meestal is de cao gunstiger voor de werknemer dan de wet.

Minimumloon

Iedere werknemer tussen de 23 jaar en de AOW-leeftijd moet tenminste het wettelijk minimumloon en vakantiebijslag krijgen. Werknemers van 15 tot 23 jaar oud hebben recht op het minimumjeugdloon. Het wettelijk minimum(jeugd)loon gaat uit van het bruto loon bij een normale arbeidsduur, dus zonder overwerk. De bedragen van het minimumloon worden ieder half jaar (in januari en juli) aangepast.

Loon en loonafspraken

Een vergoeding van de werkgever voor het werk van de werknemer heet ‘loon’. Elke werknemer heeft recht op loon. Dus ook vakantiewerkers, vertegenwoordigers, huishoudelijk personeel, flexibele arbeidskrachten en thuiswerkers. Een werkgever moet ten minste het minimumloon betalen en mag geen onderscheid maken tussen mannen en vrouwen. In de arbeidsovereenkomst of de cao kan een hoger loon worden afgesproken. In de cao staat vaak een uitgebreide regeling over het loon en de loonbetaling. Loon bestaat meestal uit geld. Fooien vallen daar niet onder. De wet geeft aan wat ook tot het loon mag worden gerekend:

  • Loon in natura (maaltijden, abonnementen en telecommunicatieapparatuur);

  • Diensten, voorzieningen en werkzaamheden door of voor rekening van werkgever zoals kinderopvang, een was- of douchegelegenheid, onderricht en kost en inwoning;

  • Het gebruik van een (dienst)woning en het licht en verwarming daarvan;

  • Effecten en vorderingen zoals bedrijfsaandelen en optierechten.

Tijdstip loonbetaling

Het loon moet worden betaald na afloop van het tijdvak waarover het loon volgens de arbeidsovereenkomst moet worden betaald. Bijvoorbeeld weekloon na een week en maandloon na een maand. Dit tijdvak waarna moet worden betaald, mag worden verlengd. Dit moet dan wel schriftelijk zijn afgesproken, maar daar zijn grenzen aan: bij een weekloon kan uitbetaling nooit langer op zich laten wachten dan een maand en bij een maandloon nooit langer dan een kwartaal.

Te late betaling

Bij een te late betaling van het loon kan de werknemer aanspraak maken op een verhoging wegens vertraging. Deze verhoging bedraagt 5% voor de vierde tot en met de achtste werkdag na de dag waarop het loon moest worden betaald en 1% voor elke volgende werkdag, met een maximum van 50% van het loon. De rechter kan de verhoging beperken tot een lager bedrag (bijvoorbeeld 10 of 15%). De werkgever hoeft de verhoging niet te betalen als hij kan aantonen dat de vertraging niet aan hem te wijten is.

Uitblijven van betaling

Wanneer de werkgever in gebreke blijft wat betreft loonbetaling dan kan de werknemer overgaan tot loonvordering. De werknemer dient dan eerst hulp in te schakelen van de vakbond, rechtsbijstandverzekering of een advocaat. Bij faillissement kan de werknemer bij UWV een faillissementsuitkering aanvragen. UWV betaalt dan achterstallig loon uit tot maximaal de voorafgaande dertien weken.

Loondoorbetaling tijdens ziekte

Als een werknemer ziek is, wordt maximaal twee jaar het loon doorbetaald. In het eerste ziektejaar van de werknemer moet minstens 70% van het loon worden doorbetaald en minimaal het minimumloon. In het tweede ziektejaar minimaal 70% van het loon, maar de verplichting om dat aan te vullen tot het minimumloon vervalt. Veel cao’s bepalen dat bij ziekte meer loon moet worden doorbetaald dan het wettelijk minimum. Na twee jaar ziekte wordt bekeken of de werknemer recht heeft op een WIA-uitkering.

In een cao kan worden bepaald dat over de eerste twee ziektedagen geen loon hoeft te worden betaald. Wachtdagen gelden niet bij elke ziekmelding. Als de werknemer ziek is geweest en hij of zij wordt binnen vier weken opnieuw ziek, dan moet de tweede keer wel vanaf de eerste ziektedag worden doorbetaald. Als een werknemer meerdere malen ziek is en er minder dan vier weken tussen de ziekteperiodes zit, dan worden deze periodes opgeteld en beschouwd als één periode.